Sinterklaas is weer in het land. Een paar jaar geleden hebben wij het grotemensengeheim verteld aan onze dochter, ze was toen 9 jaar. Ze had al wat twijfels, dus besloten wij het verhaal maar eerlijk te vertellen. Nu zijn wij 3 jaar verder, maar Sinterklaas blijft spannend. Het sinterklaasjournaal wordt dagelijks gevolgd, de radio speelt sinterklaasliedjes en de schoen moet gezet worden. Wanneer ik voor de grap zeg:”Vraag dat maar aan Sinterklaas.” Dan krijg ik een vragende blik vol twijfel. Zal hij dan toch bestaan?
Op de dag dat Sinterklaas officieel Nederland binnenkwam, stonden mijn dochter en ik dan ook netjes aan de kade te wachten. Ze zwaaide naar de pieten, kreeg handen vol pepernoten en ze genoot zichtbaar. Ondertussen zag ik de blikken van volwassenen en leeftijdgenoten van mijn dochter. Aan de ene kant vind ik dat mijn kind mag genieten van wat zij leuk vindt. Aan de andere kant doen die blikken pijn. Het hoort immers niet meer op die leeftijd, zeggen die blikken. Ze heeft het geluk dat ze klein is waardoor ze steevast jaren jonger wordt geschat dan dat ze is, maar het is duidelijk te zien dat ze de sinterklaastijd ontgroeid is.
Ik moet mij er bij neerleggen dat dit het is. Haar kalenderleeftijd tegenover haar emotionele leeftijd, dat gat wordt steeds groter. Er zullen mensen kijken wanneer zij speelt in de speeltuin, wanneer zij aan mijn hand meehuppelt en wanneer zij het even nodig heeft om opgetild te worden.
Op de dag dat Sinterklaas het land binnenkwam, heeft ze haar schoen gezet. We vieren vol overgave Sinterklaas, zingen liedjes mee, zolang zij dat nodig heeft.